Bij het aansnijden van elk onderwerp zul je te maken hebben met de voorkennis van de deelnemers aan de training. Voorkennis is datgene wat de deelnemers al weten over het onderwerp van je training, voordat je begint. Vaak bestaan er grote verschillen tussen de deelnemers in de ervaring, kennis en kunde die zij hebben over het onderwerp dat je behandelt. In dit artikel worden verschillende situaties besproken die te maken hebben met voorkennis, en wat je kan doen om het beste uit die situaties te halen.
Situatie 1: Minder voorkennis dan je dacht
Het kan gebeuren dat de groep die je traint veel minder van het onderwerp af weet dan jij (als expert) dacht. Al snel zal iemand vragen stellen over onderwerpen waarvan jij dacht dat het gesneden koek was, en kom je tot de conclusie dat je training niet voldoende aansluit op de groep.
Als je nog niet vooraf de voorkennis hebt getoetst, dan is het heel belangrijk om dat nu direct wel te doen. Laat je originele plan los en stel vragen aan de groep totdat je een beeld hebt van hun kennis. Las een pauze in en maak een plan. Met als focus: hoe kan ik de groep zo goed mogelijk bedienen? En: zie ik kans om de gestelde leerdoelen nog te halen? Bespreek de situatie na de pauze met de groep en doe een voorstel hoe je de training verder wil invullen.
Situatie 2: Veel verschil in voorkennis
Als je een groep traint waar een enkeling al veel kennis heeft van het onderwerp, terwijl anderen nog vrijwel niks weten, dan heb je een flinke uitdaging voor de boeg. De meer ervaren deelnemers kunnen snel verveeld raken als je de stof vanaf het allereerste begin behandelt, terwijl onervarenen kunnen afhaken wanneer je te snel door de stof heen gaat, om ook de ervarenen te boeien.
Voorop staat dat je in een dergelijke situatie het verschil in voorkennis duidelijk maakt aan de groep. Je kan veel winnen door de mensen met veel voorkennis te vragen om rekening te houden met het leerproces van de mensen met minder kennis. Maar: geef ook altijd aan dat ze niet verveeld moeten raken, en vooral ook ingewikkelde vragen moeten stellen. En dat jij als trainer dat dan wel inkadert voor de andere deelnemers. Tegelijkertijd is het ook verstandig om de onervarenen erop te wijzen dat ze aan de bel moeten trekken als het te snel voor hen gaat. Met andere woorden: maak iedereen medeverantwoordelijk voor zijn eigen leerproces.
Gedurende de training is het verstandig om bepaalde vragen die door de groep gesteld worden te laten beantwoorden door zij die al veel van het onderwerp af weten. Maar let op: doe dit wel met mate, want deze techniek wordt al snel een trucje en kan de motivatie van de groep schaden.
Ook bij het verdelen van groepen (bijvoorbeeld bij het uitwerken van een opdracht) kun je rekening houden met de ervaring die mensen hebben met het onderwerp. Je zou een ervaren persoon kunnen koppelen aan een groepje onervarenen. Maar, voor de afwisseling kan het juist ook leuk zijn om de ervarenen samen te brengen en hen een meer uitdagende opdracht te geven.
Situatie 3: meer voorkennis dan verwacht
Vaak is dit een kans om juist heel diep op de stof in te gaan, maar kan ook intimiderend zijn, vooral als je zelf (voor je gevoel) de stof onvoldoende beheerst. De eerste en belangrijkste stap die je moet nemen is het programma en de inhoud ter discussie stellen. Niemand zit immers te wachten op het horen van iets dat allang bekend is, vooral niet als het gaat om een groep die naar een training moet komen, of als het een betalende klant is en jij een inschattingsfout hebt gemaakt over de kennis van de deelnemers.
Neem samen met de groep door welke kennis ze al hebben, en vraag hen bijvoorbeeld na wat ze nog echt willen weten over het onderwerp. Bepaal aan de hand daarvan of jij zelf voldoende kennis hebt om die vragen te beantwoorden.
Als je zelf voldoende kennis hebt, dan kan deze situatie mooi uitpakken: je kan diep op het onderwerp ingaan, met een focus op de individuele leervraag van de deelnemers. Wees er dan wel altijd van bewust dat je scherp let op de tijd en het programma, omdat je afwijkt van de gebruikelijke structuur loop je het risico dat je uiteindelijk tijd tekort komt (of tijd over hebt).
Vooraf voorkennis toetsen
De beste manier om een van de drie bovenstaande situaties te voorkomen (of er op voorbereid te zijn) is het vooraf checken of zelfs toetsen van de voorkennis. Dit kun je doen door te vragen of alle deelnemers je een mail sturen met hun ervaring met het onderwerp. Of je kan je contactpersoon bij de opdrachtgever vragen naar de ervaring die mensen hebben. Maak er een gewoonte van om het in ieder geval na te vragen, dat scheelt ontzettend veel op het moment dat je er achter komt dat het anders met de voorkennis is gesteld dan je vooraf had bedacht.
Vooraf aansturen op differentiatie
In het voorbereidingstraject is het verstandig om aan te sturen op het maken van onderscheid tussen groepen die veel kennis hebben en minder kennis. Als dat in een vroeg stadium al duidelijk is, dan is het verstandig om erop aan te sturen om een onderscheid te maken tussen beginners en gevorderden en voor hen aparte sessies te organiseren.