Organisatiecultuur is meer dan ‘de manier waarop we hier nu eenmaal te werk gaan‘. Dat betoogt Edgar Schein, organisatiedeskundige en bedenker van het model van cultuurniveaus. “Een betere manier om naar cultuur te kijken, is te beseffen dat zij op meerdere niveaus aanwezig is”, aldus Schein.
In zijn boek Organisatiecultuur als ziel van de onderneming onderscheidt Schein drie niveaus, die elk steeds minder makkelijk zichtbaar worden, maar elk wat zeggen over de heersende organisatiecultuur, zoals te zien is in de afbeelding hier onder.
Artefacten
Dit zijn de makkelijk waarneembare elementen uit de organisatiecultuur. Datgene wat je ziet, hoort en aanvoelt wanneer je ergens rondloopt. De manier van aanspreken, de inrichting van het kantoor, het taalgebruik, omgangsvormen. Kortom, alles waar je door te observeren kennis van kan nemen.
Hoe zijn mensen gekleed? Wordt er luid gesproken of juist met gedempte toon? Staan de deuren van kantoren open, of juist dicht? Dit soort zaken hebben geven meteen een indruk van hoe een bedrijf functioneert. Maar, zo waarschuwt Schein: je weet niet wat dit betekent. Betekenen die dichte deuren dat de cultuur gesloten en formeel is? Of juist dat geconcentreerd werken gehuldigd wordt? Je weet pas wat de artefacten betekenen en waarom ze zichtbaar worden als je met insiders praat over wat je ziet. Let dus op met het maken van aannames en interpretaties!
Beleden waarden
Het tweede cultuurniveau betreft de beleden waarden van een organisatie. Dat zijn alle waarden, doelen en strategieën die welbewust nagestreefd worden door de onderneming. De missie, visie, kernwaarden en de daarbij behorende overtuigingen. Sommige van die waarden zijn daadwerkelijk uitgeschreven in beleid, anderen zijn ongeschreven.
Het team gaat altijd voor. Dat kan een voorbeeld zijn van een beleden waarde in de organisatie. Wellicht kun je dit mensen zelfs letterlijk horen zeggen als je rondloopt. In bedrijven die geleid worden door een ondernemer, komen de beleden waarden vaak overeen met zijn persoonlijke overtuigingen.
Basisveronderstellingen
Alleen door middel van succes kunnen organisaties groeien en blijven bestaan. Dat succes moet ergens door veroorzaakt zijn. Als je terugkijkt dan zijn die successen terug te voeren op bepaalde personen, of groepen, die veel betekend hebben voor de organisatie. Een oprichter, een directeur, een uitvinder of juist een groep mensen die samen een startup zijn begonnen, waar het bedrijf uit voortgekomen is.
Maar ook de aanpassingen en veranderingen verderop in het leven van een organisatie tellen mee. En cultuurverandering die het bedrijf van de afgrond heeft gered. Een fusie, een overname, het drastisch veranderen van de productiemethode. Allemaal voorbeelden van invloedrijke beslissingen en veranderingen die bij hebben gedragen aan het succes van een onderneming.
Uit die successen komen basisvooronderstellingen voort die, impliciet en soms onbewust als nastrevenswaardig worden gezien. Stel, een bedrijf heeft succes geboekt omdat de oprichter uitermate gedisciplineerd is en daardoor altijd op tijd de producten heeft kunnen leveren, ook als het even tegen zat. In de organisatiecultuur kan dat gedrag tot een basisveronderstelling uitgroeien: onze discipline is de basis voor succes.
Essentie van organisatiecultuur
Schein betoogt dat de basisveronderstellingen de essentie zijn van een cultuur. Het zijn de gemeenschappelijk geleerde waarden, overtuigingen en veronderstellingen die dicteren wat gezien wordt als passend gedrag. Het is het gevolg van een gezamenlijk leerproces. Cultuur is dus veel meer dan wat er in de kernwaarden, missie en visie staat beschreven.