Bewaak je grenzen: 5 praktische tips

“Je leert anderen hoe zij met je mogen omgaan”, zei mijn moeder ooit een keer tegen me toen ik op de middelbare school wat last had van vervelende klasgenoten. Destijds waren die woorden het laatste wat ik wilde horen: een bevestiging van dat ik niet alleen een slachtoffer was, maar ik ook zélf wat kon veranderen aan de situatie. Maar die wijze woorden ben ik nooit vergeten, en vormen een van de belangrijkste adviezen die ik ooit heb gehad.

In alle relaties die wij met anderen hebben bestaan grenzen. Soms glashelder, maar vaak ongeschreven en onduidelijk. We weten door onze culturele vorming en opvoeding ongeveer hoe dingen horen te gaan. Wat je wel kan zeggen en wat niet. En, wat anderen jou wel en niet mogen maken. Toch is het voor vrijwel iedereen lastig om op een tactvolle en opbouwende manier grenzen te stellen en in zekere zin een ander te leren hoe hij met jou mag omgaan.

Basisvoorwaarde

Weet je eigenlijk wel wat je grenzen zijn? Wat vind je nog grappig en wanneer is iets beledigend? Hoeveel druk kan iemand op jou leggen? Vind je een kwade blik al erg, of moet er echt iets gezegd worden? Wat raakt jou het meeste, en wat kun je makkelijk van je af laten glijden? Vind je dat je misschien minder gevoelig kan zijn? Of dat je juist wat strikter je grenzen moet bewaken? Als je hier niet over hebt nagedacht, dan mis je het noodzakelijke fundament. Want als jij al niet weet hoe jij vindt dat een ander met jou dient om te gaan, hoe kun je dan je grenzen aangeven?

 

Tip 1: Je hoeft je niet te schamen

“Het spijt me, maar…”  Op die manier beginnen mensen soms een lastig gesprek. Met die onbewust gekozen woorden wordt een nét zo onopvallende boodschap gegeven: ik vind dat ik mijn excuses moet aanbieden als ik mijn grenzen aangeef. Je hoeft je niet te schamen voor het aangeven van je grenzen! Niemand anders dan jíj bent de waakhond van jouw eigenwaarde en integriteit. Zo lang je op een redelijke manier aangeeft wat je dwars zit zijn excuses en schaamte onnodig. Krop je frustraties dus niet uit schaamte op; want een uitbarsting heeft -helaas- vaak een averechts effect.

 

Tip 2: Doe het meteen!

Wacht niet af met het aangeven dat je iets niet prettig, oneerlijk of ongepast vindt. Zeg het meteen. Kom er niet later nog op terug, geef zo snel mogelijk aan dat het je grens overschrijdt. Wacht je te lang, dan is dit niet alleen voor jou, maar ook voor de ander bijzonder gênant. Stel, iemand heeft een bijnaam voor jou, die jij eigenlijk beledigend vindt. Maar daar zeg je pas na een aantal maanden iets van, nadat je al je moet bijeen hebt gescharreld om het te zeggen. Dat betekent dus voor die persoon dat hij je al maandenlang beledigd heeft, zonder dit zo bedoeld te hebben. En jij hebt jezelf er maandenlang gekwetst over gevoeld. Die situatie kent dus alleen verliezers. En bovendien: hoe langer je wacht, hoe moeilijker het wordt om er nog iets van te zeggen. Maar onthoud altijd, dat het nooit echt te laat is om je grenzen aan te geven. Maar hoe eerder je het aangeeft hoe beter!

 

Tip 3: Wees concreet en to the point

Als je aangeeft wat jouw grens overschrijdt, wijs dan zo concreet mogelijk aan wat er precies gebeurt. Voorkom lange inleidingen en draai niet om de hete brij heen. “Je hebt gelijk, maar die aanvallende toon stel ik niet op prijs”, is beter dan: “Zou je in het vervolg -ik snap natuurlijk dat de emotie bij jou ook hoog zit – me misschien op een andere manier willen aanspreken?” Bagettalisseer niet wat er gebeurt, vul het niet in voor de ander.

Deze tip werkt het beste in combinatie met tip 2. Want als je direct aangeeft wat er mis gaat, heb je ook meteen een concreet en duidelijk voorbeeld.

 

Tip 4: Vergeet niet te onderhandelen

Soms worden grenzen niet duidelijk overschreden. En is er geen verheven stem, of steek onder water, maar gebeurt het subtieler en onpersoonlijker. Bijvoorbeeld wanneer je telkens wordt gevraagd om ander werk te doen dan waar je voor bent aangenomen, werk waardoor je gedemotiveerd raakt. Of wanneer de leuke klussen telkens naar een ander gaan en jij de rotklussen mag opknappen. Probeer in subtiele gevallen, of wanneer anderen niet bewust jouw grenzen overschrijden niet te klagen maar te onderhandelen. Laat merken dat je een klus minder leuk vindt, maar dat je die natuurlijk wél wil doen, maar dan heb jij ook een vraag: meer tijd voor een bepaald project waar jij enthousiast van wordt. Of die ene cursus volgen die je al hebt uitgezocht. Het is geven én nemen. Maar dan moet je dus niet vergeten iets te vragen, anders krijg je nooit wat!

 

Tip 5: Wees redelijk, begripvol en pragmatisch

Iedereen kent wel een vriend, kennis, collega of familielid die er heel goed in lijkt te zijn: als er ook maar iets superkleins is wat hem niet zint laat hij dat direct weten. Pissig en verbolgen doet hij zijn beklag en veroorzaakt genoeg onrust om zijn zin te krijgen. Sommigen zijn zelfs jaloers op zo’n iemand: hij slaagt er immers in om de situatie zo naar zijn hand te zetten dat hij uiteindelijk zijn zin krijgt. Maar vaak staan dit soort types ook bekend als ‘lastige klanten’, die je maar beter niet kunt lastig vallen. Niet met vervelende dingen, maar dus ook niet met promoties, nieuwe projecten, nieuwe kansen of een contractverlenging. Je grenzen bewaken zonder rekening te houden met wederkerigheid verkleint je kansen juist. Wees dus redelijk, begripvol en pragmatisch als je je ongenoegen uit. Probeer altijd het perspectief van een ander te zien en niet direct met gestrekt been erin gaan.


Begin nu met je grenzen bewaken!

Het is nooit te laat om te beginnen met je grenzen aangeven. Denk niet dat omdat je al jaren dingen over je heen laat gaan je jouw kans hebt verspeeld. En begin klein, met iets alledaags wat spontaan opkomt. Als dat naar tevredenheid gaat, probeer het dan bij steeds ‘spannendere’ situaties toe te passen.